De ontwikkelingen in de nanotechnologie gaan gepaard met vele maatschappelijke vragen. Over de veiligheid voor gezondheid en milieu bijvoorbeeld, en over patiëntenbelangen. Kwesties die een goed debat verdienen.
Technologische golf
Nanotechnologie kan samen met drie andere opkomende technologieën tot grote veranderingen leiden. Die andere technologieën zijn biotechnologie, informatietechnologie en cognitieve wetenschappen. Ontwikkelingen in deze vier technologieën komen samen en versterken elkaar: de NBIC-convergentie. Dit vormt het begin van een nieuwe technologische golf, waarin technologieën en wetenschappen die zich met dode materie bezighouden (computers, robots) versmelten met die over levende materie (cellen, genen). Dit roept nieuwe sociale en ethische dilemma’s op.
Het Rathenau Instituut zet het onderwerp nanotechnologie daarom sinds 2003 op de agenda. Dat begon met het kweken van bewustzijn dat nanotechnologie een grote impact op onze levens kan gaan hebben. Later kwam daar onderzoek bij naar welke concrete toepassingen van nanotechnologie belangrijk zouden worden. In de volgende fase bleek bleek de onzekerheid over risico’s voor gezondheid en milieu het meest dringend. Die moet worden aangepakt, zodat nanotechnologie wel kan worden gebruikt en we van de voordelen kunnen profiteren. Tegelijk is het belangrijk om een gesprek in de samenleving te hebben over de sociale en ethische dilemma’s die nanotechnologie en de nieuwe technologische golf teweeg zullen brengen.
Commissie
In 2009 heeft het Kabinet een commissie ingesteld om die dialoog over nanotechnologie op gang te brengen. Het Rathenau Instituut bereidt zich voor op de volgende fase van het debat: de doorwerking van de maatschappelijke dialoog in het overheidsbeleid en de discussies daarover in de politiek.